Sturen op Jeugdhulp
‘Hoe zorgen we ervoor dat we er kwalitatief én financieel uitkomen?’ Tijdens de opening van het Themacafé Sturing op jeugdhulp schetste de Leidse wethouder Roos van Gelderen het vraagstuk waarmee betrokken instanties worstelen. In de aula van de vmbo-school KTS in Voorhout hoorden zo’n zestig bezoekers hoe het anders moet én kan.
Het Themacafé bestond uit drie presentaties. Na de inleiding van Van Gelderen, was het de beurt aan Bianca den Outer, oprichter van jb Lorenz, een expertbureau dat gemeenten en zorgorganisaties ondersteunt bij begrotings- en sturingsvraagstukken. Den Outer startte met de beloften waarmee de decentralisatie is ingevoerd, en wat daarvan tot nog toe terecht is gekomen. Lagen voorheen de gespreide verantwoordelijkheden en risico’s bij verschillende overheden en verzekeraars, nu zijn het de gemeenten die daar alleen voor staan. Gemeenten draaien op voor een breed spectrum aan zorg. De vorming van jeugdhulpregio’s is volgens Den Outer een logische stap. Maar voor de sturing op jeugdhulp is echter meer nodig. Zo pleitte zij ervoor meer te sturen op outcome in plaats van output. Niet zozeer de hoeveelheid geleverde zorg moet leidraad zijn, maar het resultaat van die zorg. Levert zorg het beoogde effect? Sturing moet zich niet richten op schaarste. Kijk vooral waar nog ruimte is. Dat betekent een breed programma opzetten waarin wonen, inkomen, schulden, zorg en jeugdzorg terugkomen. Het eindelijke doel is tenslotte niet zoveel mogelijk trajecten, maar gelukkige jongeren. Door een breed programma, kan financiering ook uit de breedte komen, in plaats vanuit kleine deelgebieden. Daarvoor is een samenspel tussen gemeenten, zorgverlener en jongeren nodig. Den Outer sloot niet voor niets af met een spreuk van Loesje: ‘Waarom moeilijk doen, als het samen kan’.
Tijdens een korte vragenronde werd de oproep gedaan om kennis en ervaring niet verloren te laten gaan bij de komende wisseling van de gemeenteraad. ‘We hebben alle denk- en doekracht nodig. Zorg dat er een goede kennisoverdracht is’, beklemtoonde Den Outer. ‘En maak het sociaal domein politiek, laat het een onderwerp zijn van de verkiezingen.’
Na een korte pauze stak Paul Grob, manager TWO Jeugdhulp, van wal. ‘Ik heb hetzelfde verhaal als Bianca, maar dan anders.’ Met een parallel naar het tv-programma Boer Zoekt Vrouw, vertelde hij over de verhoudingen in jeugdzorg en de ontwikkelingen daarin. Raadsleden hebben een grote verantwoordelijkheid voor de veranderingen in de jeugdzorg. TWO Jeugdhulp contracteert jeugdhulp en ziet er op toe wat er gebeurt. Grob pleit voor een integrale kijk op inkoop. ‘Kijk over de schotten heen en bouw daar beleid op. Hulp moet duurzaam zijn. Stuur niet op aantallen hulptrajecten, maar op resultaat. Kijk hoe je samen een jongere kunt helpen, over verschillende disciplines heen zonder direct in je eigen specialisme te duiken. Op die tendens zou de raad moeten sturen. Maar de transformatie is niet alleen een taak voor de raad, ook hulpverleners moeten hieraan vorm geven.
Volgens Grob moet je ook voor het beschikbare budget over de schotten heen kijken. ‘Richt je op de maatschappelijke opbrengst. Blijft er na de hulp ook waarde achter. Dat wat helpt, daar moet je meer van hebben. Dat betekent ook dat we jeugdhulp inkopen die we willen hebben, in plaats van die wordt aangeboden. Maak daar beleid op. Het is de omslag van hulpverlening naar dienstverlening, die – indien mogelijk – leidt naar zelfstandigheid.’
De derde spreker was Wietske Veltman, afdelingsmanager Samenleving bij de gemeente Katwijk. Zij benadrukte dat de grootste winst in jeugdhulp te behalen is in preventie. ‘Er gebeurt echt al veel als het gaat om jeugdhulp, maar als we kunnen voorkomen is dat beter.’
Volgens Veltman gaat preventie vooral over de veerkracht waarmee mensen kunnen omgaan met problemen. Volgens haar betekent dat ook meer focus op het beoogde resultaat en minder op het aanbod van zorg. ‘ Vindplaats=actieplaats’, legde zij uit. ‘Waar komt een kind vandaan? Is de thuissituatie stabiel? Is er sprake van verslaving, schulden, echtscheiding, et cetera. Probeer daar alvast expertise in te brengen. En maak gebruik van de gemeenschap rondom jongeren, zoals de wijk, school of sportclubs.’
Veltman benadrukte dat sturing zich nadrukkelijker moet richten op preventie met een apart budget. ‘Durf te investeren in succesformules maar ook afscheid te nemen van andere projecten.’
Presentatie van Bianca den Outer – Van grip naar begrip
751 kb
Presentatie ‘Preventie jeugdhulp’:
- Download de presentatie als pdf
4,28 mb